Vanuit de wet is bepaald dat kinderen, ondanks een scheiding, zoveel mogelijk in dezelfde welstand moeten kunnen opgroeien. In het ouderschapsplan wordt ook altijd een hoofdstuk opgenomen dat gaat over de financiën van de kinderen. Hiervoor is het belangrijk om te weten welke kosten er zijn en hoe beide ouders samen gaan bijdragen in die kosten. Zijn er meerdere kinderen, dan maak je dit overzicht voor elk kind afzonderlijk.
Hoe richt je de financiën goed in?
Bepalen kinderalimentatie
Nadat er een compleet overzicht is gemaakt van alle kosten, is het belangrijk om hiervan een goede verdeling te maken. Elke ouder draagt naar rato bij aan de kosten van de kinderen.
Dit noemen we de kinderalimentatie. Hierbij is het goed om te realiseren dat twee huishoudens vaak ook meer kosten betekent. Denk bijvoorbeeld aan spullen die niet meegenomen kunnen worden van de ene naar de andere ouder, maar wel heel belangrijk zijn, zoals een bed of een computer.
Bij de berekening van de kinderalimentatie wordt gekeken naar de draagkracht van iedere ouder. Hoeveel inkomen heeft die ouder en hoe verhoudt zich dat tot het inkomen van de andere ouder. Ook wordt er gekeken hoe vaak de kinderen bij de ene dan wel bij de andere ouder zijn. Op basis van die informatie wordt de kinderalimentatie berekend.
Uitgangspunt is altijd dat de bijdrage in verhouding moet staan met het inkomen. Het kan dus ook zijn dat de meest verdienende ouder moet bijdragen aan de kosten van de minstverdienende ouder, ook als er een co-ouderschap van 50/50 is afgesproken.
Het beheer van de financiën
Om een duidelijk overzicht te krijgen van de kosten en betalingen voor de kinderen, raden wij ouders altijd aan om hiervoor een aparte bankrekening te openen. Zij storten beide de maandelijkse kinderalimentatie op deze rekening en dit geld wordt gebruikt om alle kosten t.b.v. de kinderen te betalen. Wanneer ouders bepaalde toeslagen ontvangen, zoals kinderbijslag, het kindgebonden budget of de kinderopvangtoeslag, dan is het ook aan te raden om dit op deze rekening te laten storten. Eventuele betaalde kinderopvang kunnen zij dan weer met deze rekening betalen.
Het is dan ook belangrijk dat ouders een duidelijke afspraak maken over wie deze bankrekening beheert. Doen zij dat samen, of spreken ze af dat één van hen dit doet? Daarnaast raden wij aan om af te spreken hoe ouders en de kinderen omgaan met zakgeld en het spaargeld van de kinderen. Zowel spaargeld voor later, bijvoorbeeld voor een studie, maar ook spaargeld waarvan zij zelf iets willen kopen. Maar ook hoe ouders zogeheten ‘verblijfsoverstijgende kosten’ zoals zakgeld, abonnementen of sportcontributies willen verdelen.
Onderhoudsplicht
Belangrijk om te weten is dat ouders in Nederland verplicht zijn om hun kinderen tot hun 21e verjaardag financieel te onderhouden, de zogeheten onderhoudsplicht. Vanaf hun 18e jaar zijn kinderen meerderjarig en nemen zij zelf beslissingen. De afspraken in het ouderschapsplan komen dan te vervallen. Echter blijft de kinderalimentatie doorlopen totdat het kind 21 jaar wordt. Het bedrag wordt dan echter niet meer gestort op de kinderrekening, maar rechtstreeks aan het kind zelf overgemaakt.